Cito eindtoets: gedicht Wielrennen

Ik kreeg 21 april een brief van de Cito dat een gedicht van mij gebruikt is voor de eindtoets van 17 tot 19 april 2018.
Vanwege de strikte geheimhouding vragen ze niet vooraf toestemming.
Het gedicht Wielrennen verscheen eerder in Querido’s Poëziespektakel 1, een bundel die werden samengesteld door Ted van Lieshout.
Het is wel jammer dat mijn naam er niet bij stond.

Vragen

Vraag 11 en 12 vind ik niet zo duidelijk…
Is een liefhebber iemand die alleen supporter is of ook een beoefenaar? Voor mij kan dat allebei. Dat is juist de grap. Dus is A of B dan correct? 11D is feitelijk ook juist. En wat ik écht van wielrennen vind, staat niet in dit gedicht. :)

Bij 12 kan ook niemand in mijn hoofd kijken. Waarschijnlijk wil cito C horen. Maar B en D kunnen ook.

Vraag 13 vind ik wel duidelijk. Hier wordt ook niet verwezen naar mij, maar alleen naar de tekst. Die staat op zichzelf.

Loading

2 Reacties

  1. Ik vind vraag 11-A niet correct. Want dat antwoord impliceert dat “wielrenners graag op de bank HANGEN”. Dus niet er naar KIJKEN op de televisie, zoals jij in je gedicht schrijft. 11-B is dus vrij logisch en ik denk dat Cito daarmee een doordenkertje heeft gecreëerd. Maar 11-D is inderdaad ook correct…

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.