Elke schrijver kent het: soms ben je in de zevende hemel door een goeie recensie of mooie prijs, het volgende moment ben je wanhopig omdat niemand jou en je boek ziet staan. Of je nu professioneel schrijft of als amateur, of je voor een uitgever schrijft of voor jezelf, eigenlijk is aandacht en zichtbaarheid altijd welkom.
Bij het verschijnen van mijn eerste boeken ging ik in elke boekwinkel kijken of het er lag. Als er een stapeltje lag, was ik ontevreden omdat mensen er zomaar onverschillig langs liepen. Als er maar één boek lag was ik natuurlijk ook ontevreden, want zo viel het niet op. Stond mijn boek al in de kast, dan pakte ik het eruit en legde het plat op een tafel, beter in het zicht. Kon ik mijn boek niet vinden, dan ging ik er bij de kassa naar vragen. ‘Ja hoor, dat is verkrijgbaar, maar we hebben het niet,’ hoorde ik dan. ‘Nee, u hoeft het niet voor me te bestellen,’ antwoordde ik verlegen en droop af.
In de openbare bibliotheek was ik ook zelden gelukkig. Stond mijn boek er, dan wilde niemand het blijkbaar lenen. Stond het er niet, dan had de bibliotheek er overduidelijk te weinig exemplaren van aangeschaft. Het moment dat een jongetje mijn boek onder mijn ogen uit de kast trok en aan zijn moeder gaf met de kreet ‘Deze wil ik!’ bezorgde mij korte vreugde. Ik had een lezer!
Veren
De griffels van de CPNB zijn maar voor een paar boeken en auteurs weggelegd. Net als kaartjes voor het kinderboekenbal en een redactioneel artikel in de jaarlijkse Kinderboekenmolen of Voorleesgids.
Veel prijzen, zoenen, pluimen en veren zijn er in Nederland niet te verdelen voor alle mooie kinderboeken die er verschijnen.
In de media is weinig ruimte voor kinderboekrecensies en ook hierin zie je vaak dezelfde auteurs. Elke BN-er die een kinderboek schrijft zit meteen bij DWDD aan tafel en wordt in alle dagbladen besproken, maar veel professionele kinderboekenschrijvers krijgen zelden een recensie.
Richard Thiel heeft op zijn blog wél een erg mooi initiatief om onbekende kinderboekenschrijvers aan het woord te laten. Maar over het algemeen zijn het toch vaak dezelfde auteurs en illustratoren die veren in hun achterste gestoken krijgen.
Drijfveren
Misschien moet je je als schrijver helemaal niet met veren bezighouden, maar eerder met je drijfveren. De mijne zijn
- de noodzaak mezelf creatief te uiten met taal;
- plezier in schrijven en verhalen bedenken;
- voldoening halen uit het geven van lezingen, schoolbezoeken en kinderen inspireren om te schrijven;
- genieten van samenwerken met illustratoren en mooie boeken maken;
- tevreden met complimenten van lezers;
- genoeg verdienen om ervan te kunnen leven.
Promotie
Los van de veren en drijfveren is het voor een goeie boekverkoop echter noodzakelijk om enige publiciteit te genereren. Dit zorgt ervoor dat boekwinkels het boek op een mooie plaats neerleggen en dat lezers weten dat het boek er is. Wat kun je zelf doen?
- Op www.persbericht.nu kun je gratis een persbericht aanmaken.
- Als een journalist geïnteresseerd is, kun je je uitgeverij vragen om hem of haar een recensie-exemplaar van je boek op te sturen.
- Zelf een boekpresentatie organiseren, bijvoorbeeld bij een boekwinkel waar men je kent.
- Een actie bedenken en aan je uitgeverij vragen of ze mee willen doen.
- Actief zijn op Social Media.
- Een goede website bijhouden met informatie over je boeken.
- Een blog schrijven.
Als iemand nog andere tips heeft, hoor ik het graag!
De illustratie bij dit artikel is van Kimberley Dob, 23 jaars en studente aan de kunstacademie in Breda.
‘Misschien moet je je als schrijver helemaal niet met veren bezighouden, maar eerder met je drijfveren.’
Lijkt me een goed advies, Rian. En met die praktische tips, aangevuld door die van Lorna, kom je volgens mij een heel eind. Vergeet verder vooral niet naar beste kunnen te schrijven. En dat een goede uitgever (zijn die er nog?) zijn of haar beste beentje voorzet om je boeken onder de aandacht te brengen. (Is per slot ook haar of zijn belang.)
‘Maar over het algemeen zijn het toch vaak dezelfde auteurs en illustratoren die veren in hun achterste gestoken krijgen.’
Is dat waar? Wie de lijst bekroningen afvinkt op (bv.) Leesplein, ziet toch behoorlijk veel afwisseling. Maar o.k., kinderjury’s hebben wel de neiging bij steeds dezelfde namen uit te komen.
En ja, misschien ligt elkaars werk beoordelen een beetje gevoelig onder auteurs en illustratoren, maar het valt toch niet te ontkennen dat het ene werk kinderen en/of recensenten-juryleden (en/of auteurs) meer aanspreekt dan het andere. Dat valt wellicht het best te onderzoeken door elkaars inspirerende voorbeelden eens te vergelijken.
Ik denk dat het een van de moeilijke kanten is van ons werk dat we niet direct een reactie krijgen op wat we doen. Je zit te ploeteren in je eigen hok, ver weg van je publiek maak je met veel passie je product. Je gaat nog mee naar de drukker om het zo mooi mogelijk te laten worden. En vervolgens… lijkt het in het niets te verdwijnen.
Iemand die op het toneel een voorstelling geeft bijvoorbeeld, krijgt direct een reactie van het publiek. Wat er in de huiskamers met onze boeken gebeurt kunnen wij niet zien.
Daarom worden ‘veren’ zo belangrijk gevonden door veel mensen. ‘Veren’ zijn soms zeer verdiend. Maar ze zijn inderdaad erg schaars en ze zeggen vaak meer over diegene die hem uitreikt dan over de persoon die hem krijgt.
Ik zelf knap altijd helemaal op van de kinderboekenweek omdat ik dan veel scholen bezoek en kinderen tegen kom. Op de reacties die ik dan krijg kan ik lang teren.
http://www.persbericht.nu kende ik niet, dus daar ben ik gaan kijken. Mooi initiatief, maar het loopt al gauw vol met reclame, dus je moet goed zoeken naar berichten die voor jou van belang zijn.
Goed stuk, Rian!
Oh Rian, dat is zo herkenbaar. Elke keer als er een mail in mijn box valt van een kind dat meldt dat hij mijn boeken ‘echt vet’ vond of ‘superspannend’ ben ik dolblij en kan ik er weer helemaal tegenaan.
Een dag later kan het weer helemaal omgeslagen zijn. Wordt niks, kan niks… Als een verslaafde ga ik dan op zoek naar een complimentje om weer verder te kunnen. Ik heb me erbij neergelegd. Het hoort erbij.
Of eventjes goede recensies en lezersreacties herlezen op de eigen website. Voor een shotje feelgood.
Maar ik blijf een schrijver en zonder verhalen besta ik niet, of tenminste maar half.
Dus shotje of niet, schrijven zal ik. ;-)
Carry-Ann Tjong Ayong • dat is waar, maar vergeet nooit dat juist jij tevreden moet zijn met je produkt.
Ik heb al lang geleerd, dat anderen anders lezen of kritiek geven dan jijzelf, om diverse redenen, varierend van afgunst, dubbele agenda’s, overkritiek, etc etc.
Neem genoegen met dat ene kind dat geniet van je boek en het leest en herleest. Dan zul je zien dat het er 2 of 5 of 10 zijn. En al kom je ze niet vaak tegen, ze zijn er wel.
Maar zorg dat je boek perfect is uitgevoerd, mooie lay-out, design, aantrekkelijk voor de doelgroep.
* op je website of blog reageren op reacties van je lezers (erg leuk).
* actief zijn op de scholen van je kinderen, nichtjes, neefjes. Genereert nieuwe lezers.
* in de jury gaan zitten van de plaatselijke voorleeswedstrijd.
* contact onderhouden met de plaatselijke bibliotheek.