Strandkantoor

De zomer komt er nu echt aan. Lekker schrijven en lezen op het strand!

strandkantoor

Maar dat valt niet altijd mee. Een van mijn grootste ergernissen op het strand is het volgende. Je zoekt het meest rustige plekje, zet windscherm en/of parasol neer, graaft een goede zitplek, installeert jezelf, pakt iets te schrijven erbij en dan komen pal naast jou mensen zitten die luidruchtig een gesprek beginnen.
Waarom naast mij? Verderop zit niemand!

Gisteren was ik er met mijn dochter, die ik geïnstrueerd had dat ze niet tegen me mocht praten. Niet teveel althans.
Al snel komt er een Duits stel vijf meter achter ons zitten, met een windtentje en een peuterjongetje. Waarom ze hun uitzicht door mijn windscherm willen laten bederven en niet een stukje verderop gaan zitten, weet ik niet, maar ik heb geen last van ze.

Even later komt er een werkelijk groot gevaar aan: twee vrouwen van mijn leeftijd in zachte tinten gekleed. Luid pratend: ‘Zullen we hier gaan liggen?’ ‘Zitten we hier niet net in de wind?’ De discussie wordt onderbroken doordat de één plotseling het armbandje van de andere ontdekt. ‘Waar heb je dat gekocht? Wat énig! Die kleuren zijn helemaal van deze zomer.’ Ik werp de Libelledames nadrukkelijk kwade blikken toe en gelukkig lopen ze door.

Niet lang daarna komt er een Duits gezin dichterbij en spreidt op twee meter afstand een kleed uit. Bestaat er zoiets als pleinfobie voor het strand?
Mijn dochter en ik vormen ondertussen het midden van een soort nederzetting.
Het gezin bestaat uit vader, moeder en een volwassen zoon met een stevige vriendin. Met z’n vieren op een kleed, waarbij de jongen met zijn hoofd tussen de benen van zijn vriendin ligt, haar buik als hoofdkussen gebruikend. Hij is dus ongetwijfeld de zoon, want als de vriendin de dochter was, zou de schoonzoon nooit zo onbeschaamd half op zijn vriendin gaan liggen met haar ouders erbij. En voor broer en zus is het wel erg knus. Ik kan niet anders dan telkens ernaar kijken, want het verbaast mij altijd wanneer hele gezinnen op één kleed zitten of liggen. Mijn man, kinderen en ik hebben altijd losse badlakens of matjes en hoe langer we ergens zijn hoe verder we uit elkaar liggen. Gelukkig zijn ze Duits (als ik geen moeite doe versta ik het niet) en spreken ze niet al teveel.

Het peutertje van een van eerste bewoners van deze kleine enclave is inmiddels aan de wandel gegaan, strandafwaarts richting zee. Ik zie hem dus telkens voorbij kruipen, waarna zijn vader hem optilt en terugbrengt naar het windtentje. Even later kruipt hij bij de achterkant van mijn windscherm, waar hij zich aan de palen omhoog trekt en met zijn handjes in het doek drukt. Ik pak door het doek heen een vingertje en knijp erin. Hij schatert. Daarna trekt hij het doek omlaag en verschijnt er een guitig koppie. Als beloning dat hij me gevonden heeft knijp ik in zijn neus. Zijn vader komt hem snel halen en verontschuldigt zich, maar van leuke peuters heb dan weer totaal geen last. Het is mijn doelgroep en inspiratiebron, dus laat maar komen. Ik heb zelfs met de moeder, toen ze met de peuter aan de vloedlijn stond, nog een praatje gemaakt. Soms ben ik heel sociaal.

Bewaren

Loading

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.